Als wijnliefhebber – geen echte kenner – proef je wellicht het verschil tussen een sauvignon blanc en een chardonnay. Misschien weet je van jezelf dat je een voorkeur hebt voor pinot gris of gewurztraminer. En dat je liever een pinot noir drinkt dan een cabernet-sauvignon.
Maar nu komen de Nederlandse wijnboeren met allerlei nieuwe, hybride druivenrassen. Rassen die in de tweede helft van de vorige eeuw ontwikkeld zijn voor noordelijke wijngebieden. Ze blijken uitstekende wijnen te geven! Maar we kunnen ze nog niet zo goed plaatsen. Hoe smaakt een johanniter of een solaris? Hoe onthoud je dat? Hier geef ik een paar hulpmiddelen, waarbij ik de smaak vergelijk met die van druivenrassen die je hopelijk een beetje kent. Ik realiseer mij daarbij dat ik wat kort-door-de-bocht ga. Maar hiermee hoop ik de gemiddelde wijndrinker enige handvaten te geven. Dit zijn de belangrijkste:
Rood
Pinotin
Een van de ‘ouders’ was de pinot noir en dat is nog wel wat terug te vinden. Rode vruchtjes, wat bitters ook.
Cabernet cortis
Lijkt op cabernet sauvignon, is krachtig en stevig en heeft een intense smaak van zwarte bessen, kersen, kruiden en groene paprika. De druif heeft veel tannines wat een stroef gevoel in de mond geeft (hij is pas na jaren op dronk).
Regent
Een stevige wijn met nogal wat zuren en een flinke hoeveelheid tannine. Daarom is het ook een echte bewaarwijn. Hij doet wat denken aan een (jonge) bordeaux. In de smaak: aalbessen, bosbessen en bittere kersen.
Wit
Johanniter
Frisse, fruitige wijn, doet denken aan riesling (een van zijn ‘ouders’) maar ietsje minder zuur. Groene appel, citrus.
Solaris
Smaakt voller en ronder, lijkt op chardonnay. Minder friszuur dan de johanniter: iets neutraler. Appel, perzik, bloemig.
Souvignier Gris
Geeft geparfumeerde, tamelijk volle wijnen. Je kunt hem wel vergelijken met pinot gris. In geur en smaak vind je citrus, meloen en noten.
Cabernet Blanc
Frisse, fruitige wijn die lijkt op de klassieke sauvignon blanc: kruisbessen, vers gemaaid gras, zelfs tropisch fruit.
